Hoe beleeft men het levenseinde in Vlaanderen, Wallonië en Frankrijk? Dit dossier belicht de opvallende verschillen in uitvaart, crematie en rouwrituelen over de landsgrenzen heen. Praktische, juridische en administratieve obstakels bepalen soms ook het levenseinde. Zo hebben we het over de verschillende regelgevingen rond euthanasie, maar ook over het repatriëren van een overledene.
Verschillende tradities rond afscheid
In Vlaanderen, Wallonië en Frankrijk bestaan er verschillen in hoe mensen omgaan met begrafenissen, crematies en het levenseinde.
De Vlaamse uitvaart verloopt meestal formeel. Familie en vrienden groeten de overledene kort, vaak met een opbaring in een funerarium en de plechtigheid is vaak opgebouwd als een persoonlijk eerbetoon, los van religieuze tradities. In Wallonië vindt het groeten plaats in een "salon", in huiselijke sfeer en met de familie, vaak gedurende meerdere dagen. In Frankrijk blijft de katholieke begrafenisritus dominant, maar ceremonies worden steeds vaker gepersonaliseerd, met aandacht voor de wensen van de overledene.
De koffietafel na de uitvaart is in Vlaanderen een uitgebreid buffet; in Wallonië en Frankrijk eerder een bescheiden "collation" met broodjes en drankjes.
Drie Frans-Belgische verhalen over afscheid nemen
De website francobelge.news publiceerde deze 3 verhalen over afscheid nemen, met aandacht voor de specifieke contect van onze grensregio. Je ontdekt het symbolische "Jardin des Passeurs de Mémoire" in Chercq, waar persoonlijke verhalen en kunst samenkomen; je leest het poëtische portret van Reveil, waarbij rouw een ander, subtieler gezicht krijgt; en je ontmoet een Waalse uitvaartprofessional die "met de levenden werkt" en toont hoe afscheid niet alleen om de dood, maar vooral om het leven draait. (Foto: Reveil)
Steeds meer mensen kiezen na hun overlijden voor crematie. Crematoria langs de Frans-Belgische grens werken samen om het vervoer van overledenen wettelijk eenvoudiger te maken. Dankzij nieuwe afspraken is transport naar een crematorium over de landsgrens sinds 2023 vlotter geregeld. De uitbater van het Kortrijkse crematorium heeft het in deze reportage ook over cultuurverschillen tussen Vlaamse en Franssprekende cliënten.
Crematies in stijgende lijn
We associëren begrafenissen met een kist die de grond wordt ingelaten, maar dat is eigenlijk een beeld dat stilaan voorbijgestreefd is. Er worden al jaren diverse begrafenismethodieken gehanteerd en er zijn ook evoluties in te merken.
Zowel Wallonië als Vlaanderen bieden alternatieven zoals zachte begraving en aquamatie. Aquamatie is een milieuvriendelijke uitvaartmethode waarbij het lichaam van de overledene wordt opgelost in water met behulp van alkalische stoffen en warmte. Het proces duurt enkele uren en resulteert in een restmateriaal dat, net als na crematie, veilig kan worden verstrooid. Aquamatie wordt ook wel watercrematie of resomatie genoemd. Ecologische opties, zoals kartonnen of wilgenhouten kisten, winnen aan populariteit in Wallonië sinds 2019.
Waar Vlaanderen het hoogst scoort qua crematie (meer dan 3 op de 4 overlijdens), kiest nog bijna de helft van de Walen en van de Fransen voor een klassieke begrafenis. De laatste jaren is crematie ook in Frankrijk en Wallonië in opmars: bijna de helft van de Franse en Waalse uitvaarten zijn nu crematies. In Vlaanderen is crematie de norm; klassiek begraven wordt almaar zeldzamer.
Bronnen: Resonance Funéraire, IPSOS/OGF, VNOC, Statbel, Uitvaartvlaanderen. Bewerking door Eurometropol Lille-Kortrijk-Tournai.
Het vervoer van een lichaam over de grens
Een overlijden brengt, naast verdriet en afscheid nemen, jammer genoeg ook heel wat praktische en juridische regelingen met zich mee. Zeker in onze grensregio, tussen Frankrijk en België, kunnen deze zaken wel eens complex zijn: families wonen soms in het ene land, terwijl ze hun dierbaren na overlijden in het andere land willen begraven. Dat vraagt om administratieve stappen en grensoverschrijdende afspraken. Ook bij het levenseinde spelen internationale procedures een rol.Sinds 19 mei 2023 geldt er een vereenvoudigde regeling voor het vervoer van een lichaam tussen Frankrijk en België, dankzij een bilateraal akkoord uit 2020. Dit akkoord vergemakkelijkt de samenwerking en het transport tussen Belgische en Franse uitvaartverenigingen in de grensregio.
De belangrijkste punten zijn:
- Het stoffelijk overschot mag worden vervoerd in een ondoordringbare houten kist van minstens 22 mm dikte. Een hermetische zinken kist is niet langer verplicht, behalve bij overlijden door een besmettelijke ziekte.
- Is het lichaam pas na 72 uur op de plaats van begrafenis of crematie, dan gelden strengere eisen volgens het internationale Straatsburg-akkoord van 1973, zoals een extra metalen kist of een dikkere houten kist met binnenbekleding in zink.
- De administratieve procedure is sterk vereenvoudigd: een speciaal grensoverschrijdend ‘lijkenpas’ volstaat en vervangt alle complexe formaliteiten van vroeger. Dit document wordt afgeleverd op basis van het overlijdensattest en een attest van niet-besmettelijke ziekte.
Meer info
Voor het vervoer vanuit Frankrijk naar het buitenland moet een "laissez-passer mortuaire" worden aangevraagd bij de prefectuur van het departement waar de kist wordt gesloten. Aan Belgische zijde verloopt de aanvraag van de internationale lijkenpas en het dossier via de ambassade/consulaat, het agentschap Saniport (luchthaven) of de lokale burgerlijke stand. Alle voorwaarden en het aanvraagproces vind je op onderstaande links:
Hoe gaan mensen in de Frans-Belgische grensregio om met vragen rond het levenseinde? Terwijl Frankrijk werkt aan nieuwe wetgeving over euthanasie en hulp bij zelfdoding, maken sommige Franse patiënten gebruik van de bestaande Belgische regelgeving. Aan bod komen de ervaringen van patiënten, de werking van palliatieve zorg in Tourcoing en de rol van artsen en verenigingen die begeleiding aanbieden bij het levenseinde.
Euthanasie
België heeft een ruim wettelijk kader
Frankrijk verbiedt actieve euthanasie
Frankrijk verbiedt actieve euthanasie, het toedienen van een dodelijk middel door een arts bij levensbeëindiging blijft niet toegestaan. Passieve euthanasie (stopzetten behandeling, sedatie, palliatieve zorg) is wel wettelijk geregeld. In 2025 heeft het parlement na jaren van debat het recht op hulp bij zelfdoding goedgekeurd, een patiënt mag dus zelf een dodelijk middel innemen wanneer het lijden medisch ondraaglijk is verklaard.
Alleen in uitzonderlijke gevallen, wanneer de patiënt fysiek niet zelf kan handelen, mag een arts het middel toedienen en enkel onder strikte voorwaarden. Elk verzoek wordt getoetst door medische experts en onder de verantwoordelijkheid van de minister van Volksgezondheid behandeld.
Veel discussies in het parlement en in commissies draaien om de scheiding van ‘medische hulp bij sterven’ en palliatieve zorg, en de Franse regering zet zich in om telkens het parlement hierover in detail te laten stemmen. De Franse wet biedt dus minder ruime mogelijkheden dan de Belgische modelwet.
Franse patiënten zoeken België op
In 2024 vroegen volgens cijfers van de Belgische Commissie Euthanasie minstens 120 mensen uit het buitenland, waarvan het merendeel Fransen, euthanasie aan in België. Vooral ongeneeslijk fysiek zieke Franse patiënten zoeken deze route, omdat in hun thuisland palliatieve sedatie vaak de enige legale optie is en euthanasie niet wordt toegestaan.
Ethische commissies en artsen waarschuwen echter dat het niet eenvoudig is; meestal komen enkel patiënten met lichamelijke aandoeningen in aanmerking, niet met psychiatrisch lijden. Ook kunnen verzwakte patiënten soms niet meer naar België reizen voor de procedure, terwijl anderen afhaken door praktische en medische barrières. De wetgeving voorziet wel dat buitenlanders, mits ze voldoen aan alle Belgische wettelijke criteria en procedures, euthanasie kunnen krijgen in België.
Op 25 april 2025 kreeg de Fransman Pierre Cousein de ultieme behandeling in België.