Dossier Samenleving

Studeren in de grensregio

16 min leestijd
Studeren in de grensregio
De grensregio tussen Frankrijk en België is één grote studentenregio, waar tienduizenden jongeren elk jaar kiezen uit een rijk aanbod aan opleidingen. De Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai telt een opmerkelijk aantal universiteiten en hogescholen. Dankzij de grensoverschrijdende samenwerking tussen instellingen ontstaan er nieuwe mogelijkheden voor studenten.

Eén grote studentenregio

De Eurometropool telt een groot aantal universiteiten, hogescholen, technische instellingen en gespecialiseerde scholen. In en rond Lille bevinden zich grote instellingen zoals de Université de Lille, één van de grootste universiteiten van Frankrijk en de Université Catholique de Lille. In Kortrijk zijn VIVES en Howest de grootste spelers, aangevuld met universitaire campussen van KU Leuven (KULAK) en UGent. In Doornik zijn Condorcet, HEH en UCLouvain LOCI Tournai de voornaamste instellingen, elk met een eigen profiel en sterke sectorale focus.

Studenten in de Eurometropool kunnen kiezen uit een indrukwekkend palet aan opleidingen: van klassieke universiteitsstudies (geneeskunde, rechten, ingenieurswetenschappen, economie), over toegepaste bachelor- en masteropleidingen in technologie, gezondheidszorg en onderwijs, tot artistieke of gespecialiseerde trajecten zoals textieltechnologie (ENSAIT Roubaix) of architectuur (UCLouvain LOCI Tournai). De samenwerking over de grens heen zorgt bovendien voor een steeds internationaler en flexibeler onderwijsaanbod.

De samenwerking tussen KULAK en de universiteit van Rijsel

Tussen KULAK in Kortrijk en de universiteit van Rijsel bestaat al jaren een hechte samenwerking die steeds sterker wordt. Beide instellingen profiteren van hun nabijheid aan de Frans-Belgische grens en combineren hun krachten in innovatieve onderzoeksprojecten, studentenuitwisselingen en gezamenlijke academische trajecten.

Binnen deze samenwerking staan maatschappelijke uitdagingen in de grensregio centraal: van gezondheidszorg en ingenieurswetenschappen over klimaat en duurzaamheid tot maatschappelijke en digitale innovatie. Het 3i-netwerk - bestaande uit KULAK, de universiteit van Gent, de universiteit van Kent en de universiteit van Rijsel - stimuleert internationale mobiliteit van studenten en onderzoekers, gezamenlijke doctoraatsprojecten en kruisbestuiving tussen verschillende vakgebieden.

www.3iuni.eu 

Sinds enkele jaren werken beide universiteiten bovendien samen binnen het internationale project I-SITE ULNE, gericht op excellentie in onderzoek en onderwijs. Er zijn gezamenlijke leerstoelen op het vlak van “precision health”, een veranderende planeet, digitale innovatie en nieuwe maatschappelijke praktijken. Via deze structurele samenwerking kunnen studenten profiteren van grensoverschrijdende studie-ervaringen en docenten gezamenlijk baanbrekend onderzoek uitvoeren.

urbiloglabs.fr

CROSSPOINT is een internationaal onderzoeksprogramma van Université de Lille en KU Leuven (2023-2027) rond grensoverschrijdende metropolitane regio’s. Het project onderzoekt hoe deze regio’s ongelijkheid kunnen bestrijden en stedelijk beleid kunnen afstemmen. Via drie werkpakketten worden historische, sociale en stedelijke uitdagingen in kaart gebracht, met focus op de Eurometropool.

crosspoint-project.eu 

De landsgrens houdt de universiteiten van Rijsel en Kortrijk niet tegen om samen te werken. Dat gebeurt op gezondheidsvlak maar bijvoorbeeld ook in het domein van de rechten. Een Franse prof geeft al jaren inleiding tot het Franse recht in Kortrijk en de beide universiteiten voeren ook samen onderzoek naar wetgeving rond bijvoorbeeld circulaire economie.

Met je diploma aan de slag bij de buren

In zowel België als Frankrijk hoef je niet altijd een diploma voor te leggen om te kunnen werken. 

Maar in beide landen bestaan er gereglementeerde beroepen (zoals arts, verpleegkundige, leraar, architect, apotheker) waarvoor een erkend diploma een wettelijke vereiste is; toegang is enkel mogelijk na het behalen van het juiste diploma en soms een erkennings- of beroepsinschrijvingsprocedure. Ook de overheid en het onderwijs leggen diplomavereisten op.

Voor het merendeel van de niet-gereglementeerde beroepen (bv. in logistiek, bouw, horeca, productie, sales, administratie) is een diploma niet verplicht. Werkgevers kiezen daar vooral op motivatie, relevante ervaring of bereidheid te leren. 

In Vlaanderen vereist bijna de helft van de vacatures geen formele scholing. In Frankrijk is dat vergelijkbaar voor vele basisfuncties en startersjobs.


Erkenning van diploma’s

Universitaire bachelor- en masterdiploma’s worden binnen Europa (en dus tussen België en Frankrijk) niet automatisch erkend, maar Europese afspraken zoals het Bolognaproces (bachelor-masterstructuur) en de Lissabon Erkenningsconventie zorgen ervoor dat het niveau en de studieduur makkelijk vergeleken kunnen worden. Je moet jouw universitair diploma voor officiële gelijkstelling altijd laten beoordelen door het ENIC-NARIC-centrum van het land waar je wilt werken of studeren. Die levert een attest met het overeenstemmende nationale niveau af. Voor gereglementeerde beroepen geldt een aparte beroepskwalificatieprocedure.

De ENIC-NARIC centra

Een ENIC-NARIC centrum is het officiële nationale informatie- en expertisecentrum voor de erkenning van buitenlandse diploma’s en kwalificaties. Het centrum beoordeelt buitenlandse studiebewijzen, vergelijkt ze met Belgische diploma's en verstrekt informatie over buitenlandse én Belgische onderwijssystemen. Hierdoor wordt het eenvoudiger om met een buitenlands diploma te studeren of te werken in België of in het buitenland.

De ENIC-NARIC centra zijn onderdeel van een Europees netwerk (ENIC en NARIC), gesteund door UNESCO, de Raad van Europa en de Europese Commissie. Dit netwerk bevordert eerlijke en transparante diploma-erkenning en ondersteunt de mobiliteit van studenten en professionals in Europa.

Meer info:

België

www.naricvlaanderen.be

www.equivalences.cfwb.be

Frankrijk

www.france-education-international.fr

Erkenning van universitaire diploma's

europa.eu/youreurope/citizens/education/university/recognition


De gelijkwaardigheid van diploma's is een van de sleutels tot studentenmobiliteit. Frankrijk en België hebben nog een lange weg te gaan om de mobiliteit van hun studenten te vereenvoudigen. Hoewel de toegang tot de eerste universitaire cyclus vooral een administratieve formaliteit is, wordt het allemaal veel ingewikkelder zodra men een stap verder wil gaan. Voor Nederlandstalige Belgen kan het nog complexer zijn om een studie in Frankrijk voort te zetten of te beginnen.

Studentenmobiliteit tussen Frankrijk en België

Meer dan 19.000 Franse studenten volgen momenteel een opleiding in België, tegenover een veel kleiner aantal Belgische studenten die de omgekeerde weg bewandelen. Deze asymmetrie illustreert de complexe dynamiek van grensoverschrijdende mobiliteit in het hoger onderwijs.

De studentenstroom van Frankrijk naar België is de afgelopen jaren exponentieel gegroeid. Waar Campus France in 2018-2019 nog 15.400 Franse studenten in België registreerde, bedraagt dit aantal inmiddels meer dan 19.000 voor het academiejaar 2024-2025. Deze Franse studenten vertegenwoordigen ongeveer 75% van alle EU-studenten in de Federatie Wallonië-Brussel en bijna 10% van het totale studentenaantal.

De omgekeerde beweging blijft beperkt. Het aantal Belgische studenten dat een volledige opleiding in Frankrijk volgt, ligt beduidend lager dan de tegenovergestelde stroom.

Het Franse Parcoursup-systeem en de selectieve toegang tot masterprogramma's zorgen voor de Franse instroom in België. Het Franse Parcoursup-systeem is het nationale online platform voor toelating tot de eerstejaars van het hoger onderwijs in Frankrijk. Het is verplicht voor alle laatstejaars middelbare scholieren, studenten in heroriëntatie en buitenlandse kandidaten met een Frans baccalaureaat die willen inschrijven in het eerste jaar van universitaire, technische of andere erkende opleidingen.

België biedt een toegankelijk alternatief: geen numerus clausus in de meeste richtingen, lagere studiekosten en een gemeenschappelijke taal in Wallonië-Brussel.

Franse studenten concentreren zich op opleidingen die in Frankrijk numerus clausus-gebonden zijn: geneeskunde, tandheelkunde, psychologie, architectuur en diergeneeskunde. Deze concentratie leidt tot overbelasting van populaire opleidingen en tekorten aan stages en praktijkplaatsen.

De aanwezigheid van 25.700 Europese niet-residenten (voornamelijk Franse) studenten kost de Federatie Wallonië-Brussel jaarlijks €210 miljoen. Deze financiële druk heeft geleid tot beleidsmaatregelen: quotasystemen (maximum 30% niet-residenten in geneeskunde en verwante richtingen) en discussies over verhoogde inschrijvingsgelden voor niet-residenten.

Bronnen

  • Le Monde Campus (17 03 2025). "Les étudiants français en Belgique, heureux mais trop nombreux"
  • Brussels Times (5 04 2022). "More and more French students enrolled at Belgian universities"
  • ONISEP (17 09 2024). "Étudier en Belgique"
  • Erasmus+ Factsheet Belgium (2019). European Commission
  • Onderwijs Vlaanderen (2021). "Monitor studentenmobiliteit"
  • Eurydice (26 11 2023). "Mobility in higher education - Belgium"

In Saint-Luc Tournai of aan de hogeschool HEH in Tournai wordt bijzondere aandacht besteed aan Franse studenten. Er wordt zelfs een speciale informatiedag voor hen georganiseerd om hen wegwijs te maken in de werking van de instellingen en bepaalde Belgische gewoonten.